drulovic

Kennemer Combinatie N1 – Waagtoren N1 3,5 – 4,5

Vrijdag 30 september was het tijd voor de eerste krachtmeting van N1 dit seizoen, tegen het altijd lastige Kennemer Combinatie. Ten opzichte van vorig seizoen is de basisopstelling op één plek gewijzigd: Peter Kalisvaart voor Michaël van Liempt. Vermits twee mastodonten van N1 kampten met vakanties, werd ik als teamleider echter alweer meteen aan het werk gezet om vervanging te regelen. Dat lukte met Vincent en bijna met Dirk, maar die moest helaas te elfder ure met lichamelijk malheur afzeggen. Gelukkig was Tycho bereid om -geheel belangeloos- het gat te dichten.

Laten we daar ook het wedstrijdverslag mee beginnen. Dan hebben we het ergste gehad. Tycho leek nogal onder de indruk van de aantijgingen aan het adres van Hans Niemann, die de schaakwereld nu al weken in de ban houden. Om iedere vorm van verdenking uit te sluiten, besloot Tycho te spelen met 0% nauwkeurigheid, volgens de graadmeter van de mysterieuze Gambit-Man (ja, beste mensen, voor dit verslag dient u het elkaar in hoog tempo opvolgende schaaknieuws op de voet te volgen). Onze Benjamin vatte het krachtig samen:  ‘Het was mijn slechtste partij in jaren’. Op zulke momenten duurt de avond nog lang.

Ik speelde zelf op bord 3 tegen collega teamleider Vlad Omota. De sympathieke zwartspeler trok fel van leer op de damevleugel, waar hij het leeuwendeel van de strijdkrachten naartoe dirigeerde. Nadat ik een extra slot op de deur zette (soms is een simpel b3 sterker dan een dikke motorketting), stonden de arme drommels er nogal verloren bij en moesten ze lijdzaam toezien hoe mijn stukken de koningsvleugel belegerden. De hulptroepen waren niet op tijd terug om de feestvreugde te bederven en zo was de stand weer gelijk.

Het middenblok werd gevormd door de Peters, die het toevallig beiden in dezelfde kleurverhouding opnamen tegen dezelfde Haarlemmers als vorig seizoen. Peter H. had het ditmaal lastiger tegen Esper van Baar, al leek er na de opening nog niet erg veel aan de hand. Zoals wel vaker zegt een subjectieve stellingsbeoordeling meer dan een objectieve, want het was niet het favoriete speltype van onze man. Zijn stukken kwamen enigszins onder vuur te liggen en toen de kruitdampen waren opgetrokken, resteerde een eindspel met een pion minder, dat niet te houden bleek.

Peter K. -spelend tegen de hoogst geratete Kennemer- offerde na de opening een pion, hoewel Stockfish en co. het ongetwijfeld zouden aanduiden als weggeven. Het resulteerde in een paar uur keepen. Dat deed Peter nauwkeurig, en in het eindspel wikkelde hij vakkundig af naar een eenvoudig remise-eindspel met K+T+P tegen K+T. Ik daag u uit om dit te verliezen, het zal geen sinecure blijken. Peter, die zich tot dan toe zo kranig had geweerd, zette zijn anaalplug uit (ja, ook met schaken kun je tegenwoordig van je hobby je beroep maken), aangezien hem weinig meer kon gebeuren. Tot hij in tijdnood toch nog plots hopeloos in de fout ging en zijn toren prijsgaf.

Waar ik na Tycho’s offday stelde dat we het ergste hadden gehad, kom ik daar toch op terug. Ere wie ere toekomt: Jos deed ook een gooi naar deze pyrrusoverwinning. Hij speelde op bord 2 tegen een invaller, die tijdens het verorberen van de rode kool, ovenaardappelen en blinde vink (ik geef toe, dit betreft dichterlijke vrijheid) te horen kreeg dat hij op moest draven voor het eerste. Ik ken Jos langer dan vandaag, en zag dat hij bij elke slechte zet van zijn jeugdige tegenstander moedelozer werd. Sloeg hij eerst nog een gratis pion om onbegrijpelijke redenen af, later kon hij simpelweg niet anders dan materiaal winnen. Toen wit er weinig tot niets tegenover stelde, was de maat vol voor onze voorzitter. Hij rechtte zijn rug en bestookte de steeds verkoudener wordende witspeler met nóg erbarmelijkere zetten en leek daarmee te willen zeggen: ‘Pak aan, wat jij kan, kan ik beter!’ De stelling werd per snif slechter en van ellende gooide Jos, die inmiddels serieus nadacht om te stoppen met schaken, er een kwaliteit tegenaan. Toen hij net 113 aan de lijn had, snifte zijn tegenstander remise aan, en werd de vrede alsnog getekend.

Danny, op bord 1 tegen een andere invaller, ging niet voor de schoonheidsprijs. Hij zette zijn stukken simpelweg logisch neer en even later (nou ja, een uur of drie) was het klaar. Geen idee hoe precies, en aangezien ik niet verwacht dat Danny een Frank van Tellingen-achtige analyse voor de Waagtorensite uit zijn mouw schudt, zal het voor eeuwig in mysteriën gehuld blijven.

Vincent speelde een partij met wisselende kansen (dat klinkt beter dan te zeggen dat het veel te ingewikkeld voor me was; net als ik een stelling vaak ‘onduidelijk’ pleeg te noemen, wanneer ik geen zin heb om te rekenen). In de analyse bleek dat Vincent continu op zijn qui-vive diende te zijn voor de tegenkansen van de witspeler. Hij omzeilde echter klif na klif en trok aan het langste eind.

De goede rekenaar weet dat het toen 3,5-3,5 stond en dat Ruud nog bezig was. Op bord 7, met wit. De partij werd rustig opgezet (weer eens wat anders dan al die ‘dood of de gladiolen-partijen’ van onze nestor) en het stond ongeveer gelijk. Maar zoals ik als jeugdige ook meermaals mijn geduld verloor tegen Ruud, begon tegenstander Peter Pijpers zijn pionnen als kamikazepiloten naar het witte front te sturen. Twee daarvan werden opgepeuzeld en later ook nog een stuk (al moest hij daar wel weer wat pionnen voor prijsgeven). Ruud speelde het gedecideerd uit en stelde daarmee de teamoverwinning veilig.

Zo is de eerste overwinning een feit. Nog twee keer winnen en we zijn veilig. Nog zeven keer en we zijn kampioen.

One Comment

  1. Ruud Niewenhuis
    Ruud Niewenhuis 1 oktober 2022 at 13:51

    Het is altijd smullen van de stukjes van FA, zelfs de diagrammen met partijen of partij-fragmenten worden.niet gemist, u kunt het zich levendig voorstellen…

Leave A Comment