Don Leo doet ’t ‘m weer!
Een bovenmatig plichtsbesef en onvoorwaardelijke clubliefde hebben mij dit seizoen doen besluiten weer mee te doen met de externe competitie. Dit overigens nadat ik een blik had mogen werpen op de voorlopige teamindeling. Wanneer ik mij zou opgeven, zou ik namelijk het voorrecht mogen proeven om uit te komen voor Waagtoren 3, de enige promotiekandidaat van De Waagtoren van dit seizoen!
Mijn hernieuwde kennismaking met de externe competitie is ronduit positief te noemen! Ver voor de eerste wedstrijd waren alle teamleden geïnformeerd, waren agenda’s voor het hele seizoen vrijgemaakt en spatte de teamspirit van de onderlinge mailtjes af! Het was direct duidelijk dat wij dit jaar weinig invallers nodig zullen hebben en wij gezamenlijk de eer van de Waagtoren zullen verdedigen om het derde terug te brengen naar klasse waar zij thuishoort: de promotieklasse!
Toen Leo in Den Helder rondvroeg of iemand misschien een keertje een wedstrijdverslag wilde schrijven was het dan ook geen verrassing, dat direct meerdere vrijwilligers naar voren stapten. Gelukkig was ik Willem Meyles net voor, zodat ik de eer heb dit verslag te schrijven. Bijkomend voordeel is natuurlijk dat ik ook ongegeneerd eens kan schrijven over het teamleiderschap van Leo !
Schaken en teamleiders. Al sinds ik lid ben van een schaakvereniging ontstaan discussies over (het zoeken naar) teamleiders, de kwaliteiten van teamleiders, hun leiderschapsstijl of de beslommeringen waarmee zij te maken krijgen. Soms wordt vanaf de zijlijn een extra dimensie aan deze discussie toegevoegd. Is schaken eigenlijk wel teamsport of toch een individuele sport en wat betekent dit voor teamsamenstelling en/of -opstelling en de wijze waarop de teamleider zijn rol moet vervullen. En wat betekent dit voor de wijze waarop het bestuur de teamleiders zou moeten aansturen? Nee, gemakkelijk is het allemaal niet. Ik wil verre blijven van al deze discussies (immers, ik gebruik deze uitgebreide lofzang op de teamleider van team 3 spelend in de Noord-Hollandse klasse 1A, enkel als opmaat voor het wedstrijdverslag) dus zal ik op creatieve wijze proberen te verwoorden hoe Leo het verschil maakt en het derde team aan de top van de eerste klasse weet te houden.
Als ik zo mijn professioneel kritische observaties loslaat op onze teamcaptain dan valt direct op dat Leo nimmer zijn autoriteit hoeft aan te wenden. Ook kinderlijke beloon en straf-techniekjes (als je goed speelt krijg je op de site een virtuele aai over de bol of krijg je een mandarijntje maar o wee, als je een slechte dag hebt, dan word je aan de publieke schandpaal die www.waagtoren.nl heet genageld) zullen niet gauw worden gebezigd door onze Leo. Nee, de kracht van Leo is zijn enthousiasme waarmee hij zijn teamleden weet te inspireren. Met op de achtergrond hard werken (zonder daarbij de credits op te eisen) trekt Leo zijn plan en zal hij ons naar de promotie leiden! Enthousiasmeer de spelers door het positieve te benadrukken en bewaar de azijn voor de salade thuis. Dat lijkt zijn credo! Dat hij hiertoe in staat is zonder scheve gezichten te creëren binnen team en club en zonder wrevel te wekken bij collega-schaakverenigingen is niet meer dan logisch. Maar een klasse apart!
Mag ik nu de rest van het seizoen met wit spelen, Leo?
Dan de wedstrijd.
Toen de teamleider van Bergen vroeg of één van de wedstrijden vooruit mocht worden gespeeld, bestond al direct het vermoeden dat één van de betere spelers van Bergen verhinderd zou zijn. Het is voor relatief kleinere verenigingen nu éénmaal een grote aderlating als een topspeler is verhinderd, dus zullen zij eerder een beroep doen op de tegenstander om vooruit te spelen.
Zonder aarzelen besloot Leo op zoek te gaan naar een speler die bereid was om vooruit te spelen om zo de ‘sportieve plicht’ van De Waagtoren te vervullen. Zo doende speelde al vorige week Piet Pover tegen Jan Keijsper. Ik was expres in de buurt van Piet gaan zitten en had mijn partijtje tegen Maaike expres snel afgerond (of was ik er gewoon vakkundig vanaf gehakt?) om zoveel mogelijk van de partij te kunnen volgen. Wat voor mij een partij vol spektakel leek, bleek na afloop een partij die grotendeels volgens de theorie-boekjes was verlopen. In de Max Lange-variant van het 4-paardenspel waren de heren na ongeveer 20 zetten in een remise-stelling terechtgekomen. Na nog wat zetjes leken beide spelers geen goede voortzetting te zien en het eerste halfje was binnen. Een prima resultaat van Piet en een prima start van de wedstrijd.
Afgelopen dinsdag werden de resterende zeven partijen gespeeld. Bergen was, met alle bij de NHSB opgegeven spelers, op volle oorlogssterkte. Het beloofde dus een spannende partij te worden!
Op bord 1 speelde Leo tegen Tijmen Grondhout. Al vroeg in de partij offerde Tijmen een stuk voor wat pionnetjes en een vreselijke aanval ging als een tsunami over de stelling van Leo. 22 zetten lang keek Leo tegen een stelling aan waar bij het minste of geringste mat of stukverlies zou volgen en toen was het over. Snel vergeten en snel weer teamleiden!
Ik speelde aan bord 3 tegen Sjaak Pielaet. Nadat Sjaak in de opening tijdelijk een pionnetje had gegeven voor activiteit leek zijn ontwikkelingsvoorsprong een iets betere stelling (in ieder geval prettiger speelbaar) te hebben opgeleverd. Na wat geruil en een foutje van Sjaak, kon ik een pionnetje winnen. Na nog wat geruil en een foutje van mij, had ik niets meer aan mijn pluspion en werd remise overeengekomen.
Bord 4 was voor de gelegendheid in het midden van de zaal gezet. De crisis heeft ook toegeslagen in ’t Gulden Vlies en omdat niemand graag in het donker speelt werd besloten om de partij van Henk tegen Jacob de Boer naar het erepodium te verplaatsen. Een prachtige strategische pot die heel lang gelijk op leek te gaan. Toen ik op een gegeven moment keek, leek Henk een klein voordeel steeds meer te kunnen uitbouwen. Toen een cruciale vrijpion op de c-pion was geforceerd leek Jacob nog enkel kansen op eeuwig schaak te hebben. Dit wist Henk vakkundig te omzeilen en het punt was binnen.
Bij Rob zit het dit seizoen niet mee. Deze partij speelde Rob aan bord 5 tegen Richard Frans. Nadat Richard in de opening de stelling van Rob zo had weten te verminken dat rokeren geen optie meer was, was Rob met een tegenaanval alsnog in een fijne stelling terechtgekomen. Beide spelers leken voor de aanval te gaan maar ik had toch een lichte voorkeur voor de stelling van Rob. Helaas kon Richard dameruil afdwingen. Omdat de overgebleven toren en loper van Rob nog volledig gericht waren op de koningsaanval en onmogelijk nog op tijd bij de vrije randpion van Richard konden komen, moest Rob helaas opgeven.
Aan bord 6 speelden Leonard en Martin Duinmaijer. Beide spelers zullen bij VVV heel wat partijtjes tegen elkaar hebben gespeeld. Toch stond van tevoren al haast vast, dat dit een leuke partij zou worden. De partij bleek uit te monden in een klassiek voorbeeld van goed paard (van Leonard) tegen slechte loper (van Martin). Nu zullen heel veel spelers een dergelijk voordeel niet kunnen omzetten in winst maar Leonard controleerde op vakkundige wijze alle velden op de damevleugel. Martin kon niets anders dan lijdzaam toezien hoe pionnetje voor pionnetje werd weggesnoept en Leonard er met een welverdiende punt vandoor ging.
Willem speelde aan bord 7 tegen de jeugdige Halana Vlaming. Willem had al gauw een stuk verblunderd maar daar een paar mooie vrijpionnen voor teruggekregen. Gelukkig voor Willem deed de extra loper van Halana niet echt mee. Ook het feit dat Halana veel minder tijd had, hielp Willem in zijn plan om een opstoot te forceren. Toen één van de pionnen de overkant had bereikt werd opgegeven.
Fred Driesse speelde aan bord 8 zijn onnavolgbare spel tegen Albert Dekker. Als ik naar een stelling van Fred kijk, dan snap ik, dat ik nog heel veel kan en moet leren over het schaakspel. Geen stuk lijkt logisch geplaatst maar toch lijkt alles samen te werken. Dat Fred in een partij dan weer een pionnetje achter staat en dan weer een stuk voor, lijkt dan ook niet uit te maken. Ik heb eigenlijk te weinig van de partij gezien om er iets zinnigs over te zeggen. Maar misschien geldt dat wel voor iedere partij van Fred.
Met deze 5-3 overwinning staan we nog steeds bovenaan in de poule. We moeten nog tegen een paar heel sterke tegenstanders maar ik ben ervan overtuigd dat onder de bezielende leiding van Leo wij goede kansen hebben! Leo, het lot van het derde ligt in jouw handen!
1 |
Leo van Steenoven |
1955 |
– |
Tijmen Grondhout |
1775 |
0-1 |
2 |
Piet Pover |
1916 |
– |
Jan Keijsper |
2049 |
½-½ |
3 |
Ton Fasel |
1914 |
– |
Sjaak Pielaet |
1950 |
½-½ |
4 |
Henk Westerman |
1881 |
– |
Jacob de Boer |
1854 |
1-0 |
5 |
Rob Freer |
1865 |
– |
Richard Frans |
1786 |
0-1 |
6 |
Leonard Haakman |
1853 |
– |
Martin Duinmaijer |
1856 |
1-0 |
7 |
Willem Meyles |
1846 |
– |
Halana Vlaming |
1777 |
1-0 |
8 |
Fred Driesse |
1843 |
– |
Albert Dekker |
1691 |
1-0 |
|
1884 |
|
1842 |
|
12 Comments
Leave A Comment
You must be logged in to post a comment.
Ton, na zo’n lofzang moet je natuurlijk wel de naam van de teamleider goed spellen hè?!
Ik zie trouwens altijd te veel van de partijen van Fred om er iets zinnigs over te zeggen.
Dank je wel drulovic! Direct aangepast!
De enige promotiekandidaat van De Waagtoren van dit seizoen?
Je vergeet dat het 1e en 5e team ook promotiekandidaten zijn! Zeker het 5e team, uitkomende in de tweede klasse A van de NHSB is onder leiding van teamleider Rob Heijink een goede kanshebber.
Ton, ik word er stil van… ben benieuwd of Willem dit weet te overtreffen.
Volgende keer speel je weer met wit hoor 😉
Op naar Anna Paulowna!
Het 3e de enige promotiekandidaat? Als speler van het 5e in de 2e klasseA van de NHSB ben ik van mening dat wij met ons team ook redelijke promotiekansen zouden moeten hebben, Dirk vd M. heeft dit overigens ook al opgemerkt. We doen met het 5e nog volop mee in de strijd om de koppositie, maar veel zo niet alles zal afhangen van de laatste ronde in en tegen Koedijk.
Evenwel ben ik heel blij dat Leo zijn niet geringe talent beschikbaar stelt voor het 3e team. zo komt er dan mogelijk weer een team van Waagtoren in de promotieklasse, maar dan moeten de heren nog wel even afrekenen met Anna Palowna en dat zal niet meevallem, want die hebben een paar erg sterke mannen aan boord.
Iedereen koestert zijn geheime verlangens en zullen wij dit epistel, na vergeefse sollicitaties bij het 1e en 2e, maar beschouwen als het ultieme charme offensief om dan tenminste in het 3e enige voet aan de grond te krijgen?
Waarom zit de sterspeler op bord 8?
Dat is het geheim van de topcoach. Ik vind het overigens wel een goed idee. Morgen jij ook op 8?
Sun Tzu zei: wanneer krachtig, lijk machteloos. Wanneer actief, lijk inactief.
Ik sus mijn tegenstanders in slaap en dan……………KABOOOMMMM……!! Om mij op bord 8 te zetten is weer een Machiavelliaanse zet van ‘el generalisimmo’ Leo….!
Ik hoop echt dat het derde het vijfde gaat bijhouden ! allebei promotie 🙂
Drulovic, FvT opgeofferd op bord 2?
En daar kom je dan helemaal voor uit Rotterdam gereden…