Willem Andriessen

De openingstheorie aan de topborden van het Eerste

Zowel Danny de Ruiter (deze keer bord 3) als Frank van Tellingen (deze keer bord 2) kregen in de wedstrijd tegen Caissa-Eenhoorn  van doen met tegenstanders die hun openingstheoretische lesje van haver tot gort kenden. Maar ook onze mannen kwamen beslagen ten ijs en zodoende bestond het eerste deel van beider partijen louter uit bekende beelden. Bij Danny kwam na een Tarrasch-Verdediging  (1.d4 d5 2.c4 e6 3.Pf3 c5) de volgende stelling op het bord:

imageDiagram na 19.Tfd8 uit De Ruiter-Moll

Tegenstander Arne Moll heeft de Tarrasch op zijn repertoire staan en het kostte hem dan ook niet veel moeite de zettenreeks te reproduceren, die bijvoorbeeld al eens was voorgekomen in een partij van de Poolse grootmeester Kempinski. Voor Danny een mooie gelegenheid om in de voetsporen van Kempinski, met 20.Tc2 Lb4 21.Lf3 c5 22.d5 zijn techniek te testen (Kempinski won uiteindelijk in 83  zetten die partij). Helaas leek Danny even niet bij de les en moest na20.Pb2 La3! (natuurlijk) 21.Tc2 Lxb2 22.Txb2 Tc7 23.Tc2 Tb8 in remise berusten.

Frank trof in Daan Zult ook een tegenstander die, openingstechnisch, tot het uiterste was geprepareerd. Nu weet Frank van bijna alle openingen bijna alles, dus dit kon hem niet van zijn stuk brengen en zodoende kwamen beelden uit de beroemde partij Benkö-Botwinnik  (Monaco 1968) en uit  het handboek voor de Flankspeler van Marin op het bord. Aanvankelijk toonde Franks tegenstander zich een goede leerling en hij deed het ‘Botwinnik-systeem’ alle eer aan. (Om verwarring te voorkomen enige uitleg: het Botwinnik-systeem bestaat uit de opstelling van wit met de pionnen op c4-d3-e4-g3 en de paarden op c3 en e2. Of voor zwart tegen het Gesloten-Siciliaans de opstelling c5-d6-e5-g6 en Paarden op c6 en e7. In de aangehaalde partij Benkö-Botwinnik, daagde Benkö zijn leermeester uit door het Botwinnik-systeem tégen hem te spelen en kreeg hij van de inmiddels onttroonde wereldkampioen het gevraagde lesje).
Franks tegenstander begon dus goed, maar toen hij geen pionnetje durfde te pakken en daarna ook nog wat liet liggen, kreeg Frank het voor het zeggen. Echter toen hij ‘een typisch gevalletje van a tempo de geplande zet uitvoeren’ deed, zoals hij het noemt in plaats van een stuk winnen, moest hij min of meer opnieuw beginnen. Daarna bleek het krachtsverschil duidelijk in het voordeel van Frank uit te vallen en dat leverde hem tenslotte de alleszins verdiende overwinning op, die u hieronder kunt volgen.

9 Comments

  1. Frank van Tellingen
    Frank van Tellingen 23 december 2012 at 17:27

    De pion op g3 was me zeker niet te min. Ik was even uit het lood geslagen door de misser Dd6??

  2. Avatar
    Daan Zult 25 december 2012 at 00:56

    Hoi Frank, Wim en anderen,

    Bedankt voor de analyse, maar ik vind dat het meest interessante element uit de partij onbesproken blijft. Wat mij betreft was de partij namelijk vooral psychologisch interessant, en wel omdat beide spelers elkaar zowel uit de jeugd kennen, als persoon waarderen, en waarschijnlijk schaaktechnisch overschatten (Frank is voor mij historisch gezien een groot tacticus, een aanvalstovenaar en iemand die ik als persoon zeer waardeer). Ik vermoed dan ook dat ik tegen een voor mij onbekende tegenstander (de gedurfde) zetten als 20. Lxa7! als 33. P2e4! wel gewoon had aangedurfd maar dat ik in dit geval Frank, vanuit een historisch perspectief, ‘geloofde’ en daarom de laffe zetten/blunders 20.Lg1? en 33.P6e3? produceerde. In het geval van 20.Lg1 bedacht ik er zoals genoemd nog een tactische rechtvaardiging bij ook, maar dat is puur respect. Overigens, een gelijksoortig psychologische mechanisme geldt misschien voor Frank ’s matige zetten/blunders 14.Pd8?, 29. Dd6? en 30.Dxd3?, maar dat kan hij misschien beter zelf beoordelen?

    Gegroet en fijne kerst,
    Daan

  3. Frank van Tellingen
    Frank van Tellingen 25 december 2012 at 10:26

    Ha Daan, jij ook een fijne jaarwisseling. Ik waardeer je ook zeer. Het psychologische nadeel dat ik ondervond was het gegeven dat ik wist dat je die stelling al je hele leven speelt (en er b.v. van Sopke mee hebt gewonnen)…de matige zetten waren in mijn geval denk ik op het conto te schrijven van – gebrek aan ervaring in de stelling (hoe maak je gelijk met zwart?) – een geplande zet niet nog eens overwegen en ten derde de schok van het gemiste Pc5…

  4. drulovic
    drulovic 25 december 2012 at 23:07

    ‘Frank is voor mij historisch gezien een groot tacticus, een aanvalstovenaar’

    Maar wat heeft dat met Frank van Tellingen te maken?

  5. Frank van Tellingen
    Frank van Tellingen 26 december 2012 at 07:31

    🙂

  6. Willem Andriessen
    Willem Andriessen 26 december 2012 at 09:34

    Op de site van De Eenhoorn staat een verslag van de wedstrijd tussen onze Tweede teams (geen woord trouwens over het Eerste). Verslaggever Ardjan Langedijk vermijdt daarbij uitdrukkelijk het noemen van de gespeelde openingen en schrijft in plaats daarvan steeds . Is dat grappig bedoeld? Ik kreeg niet de indruk en ze lijken gewoon bang dat de tegenstander zich kan voorbereiden. Overigens, ze nemen wel graag kennis van onze analyses, want uit betrouwbare bron verneem ik dat Peter Doggers de analyse van zijn partij tegen Daan Geerke van de site geplukt heeft en aan zijn teamgenoten gemaild heeft! Kom op mannen uit Hoorn, we zouden ook iets van elkaar kunnen leren. Een mooi voorbeeld voor een ieder is de partij tussen Frank van Tellingen en Daan Zult, waar beiden ongetwijfeld iets van opgestoken zullen hebben.

  7. Willem Andriessen
    Willem Andriessen 26 december 2012 at 10:26

    Aanvulling
    Achter het woordje ‘steeds’, had tussen haakjes ‘peep’ moeten staan, maar kennelijk worden tekens afgewezen.

  8. Frank van Tellingen
    Frank van Tellingen 26 december 2012 at 12:10

    Watme verbaasde in de partij tussen Ardjan en Maaike is, maar die partij wil ik nog wel analyseren, dat Maaike niet voor de Meraner koos, die zwart toch veel actievere dynamischer spel belooft. (Maaike, kijk eens naar 6…dxc4 i.p.v. Ld6. Modelpartijen van Smyslov, Anand, Kramnik en Kasparov met die stelling bekijken, dan krijg je een idee, hoe je dat moet aanpakken. Denk aan de stelling na 7.Lxc4 b5 8.Ld3 a6 9.0-0 Lb7 10.e4 c5 11.d5 (e5 cxd4 12.Pxb5 is de andere hoofdvariant, maar dat wordt tegenwoordig als redelijk ongevaarlijk voor zwart beschouwd). c4 (nu wit de spanning heeft geheven kun je c4 spelen. Een leuk trucje is bovendien dat cxd4 en daarna Pe5 dreigt met stukwinst) 12.Lc2 Dc7 13.dxe6 fxe6 14.Pg5 Pc5. Een stelling die veel Siciliaanse kenmerken heeft. Zoek daar maar eens partijen van topspelers bij. Bovendien kun je na 7.Lxc4 b5 8.Ld3 (Le2) kiezen voor 8…a6 of 8…Lb7 en 9…b4 (zie partijen van Larsen). Tenslotte moet je dan nog wel weten wat je moet doen als wit 6.Dc2 speelt i.p.v. 6.Ld3 (bijvoorbeeld 6…Ld6 7.g4!?) maar je kunt niet alles tegelijk bekijken.

  9. Maaike Keetman
    Maaike Keetman 30 december 2012 at 22:05

    Frank,

    Heel erg bedankt, ik zal het er met Wim over gaan hebben.

Leave A Comment